1.
Een student is een vent met een pijp in den kop
En een pet of een flat schreef erop, schreef erop
Soms eens centen heeft, meest geen centen heeft
En in zorg, zorgeloos zijn leven leeft

R.
Student zijn dat wordt men niet
Student zijn dat leert men niet
Student zijn verleert men niet
Dat is men of men is het niet

2.
Een student is een vent, die zijn pint tijdig drinkt
En wel eens naar ’n mooi meisje pinkt, meisje pinkt
Soms een liefje heeft, soms twee liefjes heeft
En in zorg, zorgeloos zijn leven leeft

3.
Een student is een vent, waar de tijd op verslijt
Die altijd hier of daar staat in ’t krijt, staat in ’t krijt
Soms miserie heeft, altijd leute heeft
En in zorg, zorgeloos zijn leven leeft