De eerstejaars staan recht en de corona zingt:

En al wie voor ’t eerste jaar te Gent is
Sta recht! Sta recht!
Breng het glaasje aan de lippen,
Laat het zachtjes binnenglippen,
Breng het glaasje aan de mond,
En drink het leeg tot op de grond!

Bij de eerste vers wordt het glas aan de mond gebracht.
Bij 'drink' begint men te drinken.
'leeg' wordt aangehouden tot alle glazen leeg zijn.
Bij het afsluiten van de strofe wordt het glas neergezet.

De corona zingt:
Ja, dat voelen zij (bis)
Aan hun hartje (bis)
Ja, dat voelen zij (bis)
Aan hun jeugdig hartje!

De rechtstaande commilitones zingen:
Ja, dat voelen wij (bis)
Aan ons hartje (bis)
Ja, dat voelen wij (bis)
Aan ons jeugdig hartje!

Elk jaar komt zo aan de beurt. Als er niemand rechtstaat zingt de corona als refrein:
't Is mis! 't Is mis! 't Is mis! (bis)

Als er oud-studenten aanwezig zijn, wordt tot besluit gezongen:
En al wie geen student meer is,
Sta recht! Sta recht!
Breng het glaasje aan de lippen,
Laat het zachtjes binnenglippen,
Breng het glaasje aan de mond,
En drink het leeg tot op de grond!

Een variant van dit lied is Ad fundum per faculteit:
En al wie voor dokter studeert, (of jurist, econoom, ingenieur, ...) Sta recht! (enzoverder)